Verzuimbegeleiding

In het kader van de Wet Verbetering Poortwachter begeleid ik langdurig zieke werknemers zowel in spoor 1 als in spoor 2 en 3 indien gewenst.

Spoor 1

Tijdens het 1e spoor wordt onderzocht in hoeverre de werknemer binnen de eigen organisatie herplaatst kan worden. In sommige gevallen kiest de werkgever voor aanvullende ondersteuning met een specifieke vraag. De begeleiding wordt meestal voor een relatief korte periode (paar maanden) ingezet.

Binnen het 1e spoor kan er gedacht worden aan:

  • onderzoek naar passende functies binnen de eigen organisatie
  • (her)opbouw van arbeidsritme en belastbaarheid
  • realiseren van structurele werkopbouw
  • coaching on the job

Spoor 2

Wanneer een 1e  spoor traject geen of onvoldoende mogelijkheden biedt, wordt door een bedrijfsarts en/ of een arbeidsdeskundige geadviseerd om te starten met een 2e spoor traject. Spoor 2 richt zich op ander passend werk buiten de eigen organisatie. Een 2e spoor re-integratietraject kan en loopt vaak parallel aan spoor 1. Een spoor 2 traject kan van 6 maanden tot één jaar duren.

Binnen het 2e Spoor komen na de intakefase de volgende trajectonderdelen veelal aan bod:

  • persoonlijk onderzoek (zicht krijgen op eigen kwaliteiten, vaardigheden en aandachtsgebieden)
  • persoons- en zoekprofiel
  • beroepen- en arbeidsmarktoriëntatie
  • verwerking van baanverlies
  • begeleiding naar een werkervaringsplaats/ proefplaatsing
  • sollicitatie- en presentatievaardigheden
  • arbeidsmarktbenadering
  • begeleiding en bemiddeling naar betaalde en passende arbeid

Spoor 3

Wanneer de werknemer na 2 jaar arbeidsongeschiktheid geen passende werkplek heeft gevonden en de werkgever eigen risicodrager voor de WGA is, kan spoor 3 begeleiding ingezet worden. In spoor 3 blijft de focus liggen op het vinden van een duurzame functie.

Werkwijze

In eerste instantie houd ik een vrijblijvend kennismakingsgesprek met de werknemer (intake), waarna ik een trajectvoorstel opstel. In dit trajectvoorstel specificeer ik de aangewezen trajectonderdelen. Dit voorstel kan beschouwd worden als het persoonlijk trajectplan voor de re-integratie van de betreffende werknemer, waarin de stappen worden beschreven die samen met de werknemer zullen worden genomen. Dit neem ik altijd eerst door met de werknemer, waarna ik het voorstel doorstuur. Zelf beschouw ik het als een samenwerking/ commitment die alle partijen met elkaar aangaan.

Gedurende het re-integratietraject worden de ondernomen stappen/ acties en afspraken in een voortgangsrapportage per kwartaal vastgelegd, zodat de werkgever het proces kan blijven volgen. Het is namelijk van belang dat de werkgever de inspanningen en resultaten van de re-integratie middels dit verslag aan het UWV kan laten zien indien gewenst (bijvoorbeeld bij het indienen van een WIA-aanvraag). Ook worden de sollicitatie-activiteiten bijgehouden.

Bij alle trajectonderdelen houd ik rekening met de beperkingen die door de bedrijfsarts vastgesteld zijn. Het arbeidsdeskundige rapport alsmede de functiemogelijkhedenlijst (FML) of Inzetbaarheidsprofiel (IZP) zijn voor mij de leidraad in de begeleiding van de werknemer in spoor 2.  Tijdens spoor 1 is nauwe afstemming met de bedrijfsarts essentieel voor duurzame terugkeer in werk. De duur van de begeleiding is afhankelijk van de vraag, wensen en advies van ingeschakelde deskundigen (zoals de arbeidsdeskundige).